Lelijk

‘Overheden en andere ondermijnende instanties…

(André Letoit, alias Koos Kombuis)

#

Kasteelweide-perikelen

Het dorp Loon op Zand vormt één van de kernen van de gemeente met diezelfde naam. Het is een dorp met een rijke geschiedenis die tot ver in de middeleeuwen (en daarvoor) terugreikt. Het is zelfs met redelijke waarschijnlijkheid de oudste rechtsheerlijkheid die in het huidige Noord-Brabant werd gesticht nadat de hertog van Brabant deze gebieden onder zijn gezag werd gebracht. In 1269 kreeg Loon op Zand een eigen juridische status binnen het hertogdom. Eind veertiende eeuw kwam deze rechtsheerlijkheid in het bezit van Paulus I van Haastrecht (inderdaad, afkomstig uit Haastrecht bij Gouda) die er een kasteel bouwde, en een nieuwe kerk. In korte tijd verwierf Paulus tal van rechten en bezittingen in de wijde omtrek en nam hij de exploitatie daarvan ter hand. Loon op Zand werd het centrum van een bloeiend ‘bedrijf’. Behalve tal van sporen in het landschap zijn het vooral het zogenaamde Witte Kasteel en de huidige dorpskerk in Loon op Zand die hier nog aan herinneren.

Is Loon op Zand daar trots op? Hecht iemand in Loon op Zand daar enige waarde aan? Welnee. De aanwezigheid van deze (rijks)monumenten is blijkbaar zo vanzelfsprekend dat elke aandacht daarvoor volstrek overbodig lijkt. Loon op Zand pretendeert weliswaar een toeristengemeente te zijn, maar dat erfgoed daarbij een rol zou kunnen spelen, is nog nooit in bestuurlijke hoofden opgekomen.

De kerk, enigszins gehavend door schade geleden in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog en de daarna aangebouwde kruisarmen, staat nog overeind. Deze verloor weliswaar recent haar status als parochiekerk, maar lijkt verder nog redelijk onaantastbaar. Hoe anders vergaat het het kasteel. Na het overlijden van ‘de freule’ Ten Horn-Jonkvrouwe Verheijen werd de inboedel in mei 1984 door Christie’s geveild en werd het kasteel met de daarbij behorende gronden verkocht. Het bijzonder intacte – en toen nagenoeg nog onbekende – heerlijkheidsarchief kwam daarbij in handen van de koper van het kasteel zelf en werd door deze barbaar in vuilniszakken in de vochtige kelder gezet. Pas na lang marchanderen slaagde de gemeente erin dit archief te verwerven, waarna het werd ondergebracht bij het gemeentearchief (bewaard in het Regionaal Archief Tilburg). Het kasteel werd na enige tijd doorverkocht en kwam gelukkig in handen van een eigenaar die zich met hart en ziel inzette voor het onderhoud en (noodzakelijk) herstel van het gebouw en de omliggende tuinen. Door zijn inzet verkeerde het geheel dan ook in uistekende staat toen het in 2000 door de minister werd geregistreerd als Historische Buitenplaats Loon op Zand (het kasteel zelf is al sinds de jaren ’50 een Rijksmonument).

Een zoektocht naar een nieuwe eigenaar die zich met evenveel zorg voor het behoud van deze buitenplaats zou kunnen en willen inzetten, liep op niets uit. Althans, totdat Wim de Pundert opdook en de buitenplaats kocht. Deze (letterlijke) nouveau riche meende binnen een half jaar na aankoop in een geheel aangepast en verbouwd kasteel te kunnen gaan wonen, maar zo snel werkt het vergunningenstelsel zelfs in Loon op Zand niet, ook niet voor wie zelf roept: ‘Ik heb geld en ik wil volgende week een vergunning hebben.’ Dreigen met ‘in de hens steken’ hielp ook al niet, evenmin als het aanrijden van een journalist die zijn vak uitoefende toen in het kasteel een kraakpoging werd gedaan. De volgende kreet was: ‘Ik laat het kasteel verpauperen,’ en dat is precies wat nu al enkele jaren aan de hand is. De nodige (nou ja, onnodige) vernielingen waren al aangericht en tegenwoordig wordt het kasteel bewoond door Polen. Is daar een vergunning voor afgegeven? Vindt de brandweer dat goed? Ik weet het niet, maar het ooit zo trotse kasteel van Loon op Zand lijdt en het lijkt niemand echt te interesseren.

Dan is er nog de Kasteelweide, een weiland – oorspronkelijk een akker – die ligt tussen het kasteel en de oude dorpskom van Loon op Zand (nu Oranjeplein). Ook deze weide werd in 1984 gekocht door de vandaal die het archief bijna om zeep hielp. Hij wilde er villa’s op bouwen, maar dat ging zelfs de anders zo volgzame bevolking van Loon op Zand te ver. Er stak een massaal protest op en deze bouwplannen gingen niet door. De weide bleef weide, af en toe met koeien erop, maar ook beschikbaar voor evenementen zoals het koningschieten door het plaatselijke gilde. Ongeveer tien jaar geleden werd de weide alsnog aangekocht door de gemeente, die er zowaar aan bijdroeg dat ook deze Kasteelweide werd opgenomen in de Historische Buitenplaats Loon op Zand. De Kasteelweide is dus deel van het Rijksmonument. Geen slechte keuze, want het terrein behoort niet alleen vanouds tot het kasteeldomein, maar bij archeologisch booronderzoek is ook gebleken dat zich in de weide restanten bevinden van een middeleeuwse nederzetting uit (ongeveer) dezelfde tijd als waarin het kasteel werd gebouwd. Dat historische en archeologische erfgoed is nu dus veilig, zou je denken.

Nou nee. Grond moet net als in elke gemeente ook in Loon op Zand vooral geld opbrengen (alsof er eindeloos rek min zit). Bouwen op de weide ligt te gevoelig, zoveel was ook de gemeente duidelijk, maar de Loonse bouwer en projectontwikkelaar Jan van Besouw wist hoe het wel moest. Bouwen op de achterkanten van de percelen aan het Oranjeplein, die grenzen aan de Kasteelweide, dat moest mogelijk zijn. Enkele eigenaren roken geld en wilden meedoen, anderen verkochten hun grond en een andere overleed op het juiste moment zodat Van Besouw een centraal perceel in de rij eenvoudig kon verwerven. Kopers van de nieuw te bouwen woningen stonden ook al snel in de rij, met naar verluid onder hen ook raadsleden zodat de belangen al snel aan de ‘goede’ kant lagen.

Drie dingen moesten nog gebeuren: het bestemmingsplan diende te worden aangepast, er moest een truc worden bedacht om de nieuw te bouwen woningen te ontsluiten, en – niet onbelangrijk – het hele plan moest nog worden ‘verkocht’ aan de bevolking. Wie in detail wil weten hoe dit laatste ging, kan terecht op de website van de PvdA-afdeling Loon op Zand (www.loonopzand.pvda.nl/nieuws/nieuws/2007/01/De+Kasteelweide-+inspraak+en+zo——.html). De eerste informatieavond leidde tot een dusdanige storm van protest dat de gemeente in al haar wijsheid besloot deze avond ‘ongeldig’ te verklaren. Wij, de inwoners, moesten vergeten dat die er ooit is geweest. De truc om het hele plan er door te rammen en Jan van Besouw aan een mooie bron van inkomsten te helpen (zou hij die delen met de wethouder? die liep – en loog – er hard genoeg voor, de arme man) lag besloten in het ‘parkeerprobleem’ van Loon op Zand. Een deel van de weide verharden en inrichten als parkeerstrook zou dat probleem oplossen en tevens – al werd dat er niet bij gezegd – een straat creëren waaraan de nieuwe woningen hun voordeur konden hebben. Het ging allemaal niet door en tijdens een latere informatieavond bleek zelfs dat er per saldo parkeerplaatsen zouden verdwijnen in plaats van bij komen wanneer de toen voorgestelde plannen zouden worden uitgevoerd. De mogelijkheid om aan de noordrand van de weide woningen te bouwen werd wel steeds gesuggereerd, maar wie naar de plannen vroeg kreeg van de verantwoordelijke wethouder Hans Waijers steevast te horen dat er geen bouwplan bestond.

Ook binnen de gemeenteraad bestond er verzet tegen een dergelijk bouwvoornemen en toen het nieuwe bestemmingsplan voor dit gebiedje er eindelijk was, slaakten diverse raadsleden een zucht van verlichting: Geen mogelijkheid om te bouwen op de achterzijden van de Oranjeplein-percelen. Helaas: niet goed op de kleintjes gelet! Kleine lettertjes in het bestemmingsplan houden deze mogelijkheid namelijk nog steeds open.

Waarom bouwen op deze percelen en grenzend aan de Kasteelweide geen goed plan is, lijkt mij evident. Ten eerste zou het een forse breuk betekenen met het historisch gegroeide beeld waarbij het dorp ‘de rug’ naar het Kasteel keert. het historische karakter van de historische buitenplaats wordt hierdoor dus ernstig aangetast. Ten tweede lijkt het mij niet juist dat de gemeente erfgoed en overheidsgeld inzet om een individuele ondernemer te faciliteren. Het begrip ‘corruptie’ valt in deze context gemakkelijk in Loon op Zand. Niemand noemt man en paard, maar iedereen weet ervan en de betrokkenen hebben hoe dan ook de schijn tegen. Maar ach, wat verwacht je in een plaats waar een oud-raadslid (tijdens zijn raadsperiode) midden in de dorpskom en kapitale villa heeft kunnen bouwen die jaren later niet in het kadaster blijkt voor te komen. Daar moet je niet doorvragen.

Inmiddels ligt er een nieuw plan. De Kasteelweide wordt ingericht als een bescheiden parkje, zonder parkeerstrook, maar met faciliteiten om de weide te kunnen inzetten bij evenementen (alsof dat niet al jaren probleemloos gebeurt). Daarbij toverde Jan van Besouw opnieuw een verrassende troefkaart uit zijn mouw, een kaart die hij liet uitspelen door zijn loyale stromannen, ‘de jongens van de kiosk’ (Brasserie De Kiosk op het Oranjeplein). Op de weide zou een theehuis (of theekoepel) met terras kunnen komen. Ook dit wilde plan werd door zowel publiek als gemeenteraad teruggefloten. Waarom een extra horecagelegenheid tegenover het structureel noodlijdende cultureel centrum De Wetering (met horeca en terras) en op amper honderd meter van De Kiosk met terras op het Oranjeplein? Zinloos plan dus. Toch bleef dit theehuis ‘rondzingen’ en zijn zowaar inmiddels op de beoogde plek al een flink aantal bomen gerooid (maar die waren ‘ziek’, natuurlijk). Ook de bouwplannen van Jan Besouw blijken niet van tafel. Integendeel, zij zijn een stuk concreter dan Hans Waijers ‘rondbazuinde’ (zoals één van de raadsleden het noemt).

Begin 2010 kreeg Loon op Zand een nieuwe burgemeester (Wim Luijendijk) en ook een nieuwe gemeenteraad en een deels nieuw college van wethouders. Hans Waijers werd opgevolgd door Ruud van Eijkeren. Nieuwe ronde, nieuwe kansen? Schoon schip? in elk geval tijd om eens wat vragen te stellen (de correspondentie ging per e-mail):

30 augustus 2010

Geachte heren Luijendijk en Van Eijkeren,

Met veel verbazing heb ik kennis genomen van het archeologisch rapport Loon op Zand, Oranjeplein – Kasteelweide, rapport 2137 van ADC ArcheoProjecten. Hoe is het mogelijk dat een gemeente – zijnde het bevoegd gezag m.b.t. archeologie binnen die gemeente – instemt met een dergelijk onderzoek wanneer daarvoor geen enkele aanleiding bestaat? Er wordt immers door diezelfde gemeente al jaren met uiterste volharding geroepen dat er voor de percelen die blijkens dit rapport zijn onderzocht geen bouwplannen bestaan. Het lijkt mij niet bepaald ‘in de geest van Malta’, en dus helemaal niet conform de monumentenwet dat elke eigenaar die dat leuk vindt en er een zak geld tegenaan wil gooien zijn perceel archeologisch kan laten onderzoeken. Juist niet. Er moet voor een dergelijk onderzoek een noodzaak zijn, en dus een concreet plan om de bodem te roeren (i.c. te bouwen).

De vraag is dus: wat is juist? Of de gemeente – bijvoorbeeld in het recente verleden bij monde van dhr Waijers – heeft gelijk en er bestaan helemaal geen bouwplannen. Dan had hier geen archeologisch onderzoek mogen plaatsvinden. Of er bestaan wel degelijk concrete bouwplannen en de burger wordt bedot om te voorkomen dat er in Loon op Zand een massaal protest uitbreekt. Misschien bent u zich niet bewust van het gedoe dat er in de afgelopen (10, 20, 30?) jaar is geweest over de Kasteelweide, maar dan kan een avondje studie aan de hand van de website van de PvdA-afdeling Loon op Zand u wellicht helpen. Hoe dan ook, ergens loopt het hier scheef.

Bijkomende reden voor mijn verbazing is dat mij al enkele jaren geleden is toegezegd dat ik op de hoogte zou worden gehouden van alle stappen en ontwikkelingen met betrekking tot de Kasteelweide. Deze toezegging o.m. door burgemeester Weijerink en door wethouder Waijers. Bestaat er ten gemeentehuize geen geheugen, of zijn beloftes van geen waarde?

Een ander punt van ergernis betreft het ‘theehuis’ dat enkele lieden graag op de Kasteelweide zouden zien verschijnen. Hierover is ooit – vraag me de datum niet, maar ik was er wel bij aanwezig – in een vergadering van de gemeenteraad besloten dat dit niet kon en mocht worden opgenomen in de plannen voor de inrichting van de Kasteelweide. Ondertussen blijven de verhalen over dit theehuis in Loon op Zand de ronde doen. Navraag door mijn vrouw onlangs bij een van de ambtenaren (Ad de Hoon) hierover leverde de reactie op dat in de gemeentelijke plannen van een theehuis echt geen sprake is. Een bijgeleverde tekening moest dat overtuigend duidelijk maken. En inderdaad, op de tekening voor de planuitvoering geen theehuis. Maar er werd ook een ‘toelichting’ meegestuurd waarin even zo vrolijk staat: ‘In het inrichtingsplan is een locatie voor een nieuw te bouwen theekiosk opgenomen.’ Nu kunnen we als ware farizeeërs debatteren over het verschil tussen een theehuis en een theekiosk, maar volgens mij is hier sprake van bedrog. Of moet ik begrijpen dat er weliswaar een locatie wordt gereserveerd en ingericht, maar daarmee nog geen theehuis gebouwd? De bomen die plaats moeten maken voor deze theekiosk zijn inmiddels gekapt, dus ik neem aan dat uw ambtenaar burgers voorliegt. Doet hij dat in opdracht, of op eigen gezag?

Wanneer u uit deze e-mail concludeert dat ik weinig vertrouwen heb in de Loonse politiek en gemeentelijke bestuurders, dan is dat juist. Dat is de erfenis die u dankt aan uw voorgangers. Ik hoopte – en hoop nog een beetje – dat nieuwe bezems schoon vegen, maar die hoop staat wel onder druk. Openheid naar de burger zou kunnen helpen om het vertrouwen te herstellen. Daarnaast zou het ook goed zijn wat meer oog te hebben voor het algemeen belang (waarin ik ook het belang van het erfgoed begrijp) en wat minder dociel faciliterend op te treden tegen het eigenbelang van een enkele ondernemer die graag geld verdient (en – daar heeft het alle schijn van – daarvoor graag bestuurders fêteert).

Met een vriendelijk groet,

Lauran Toorians

Een eerste reactie kwam op 8 september van de wethouder. De burgemeester heeft nooit gereageerd, wat natuurlijk vreemd is. Hij heeft monumenten (en daarmee ook archeologie) in zijn portefeuille.

Geachte heer Toorians,

Het door u genoemde archeologische rapport is bij mij niet bekend. Als er al onderzoek gedaan is kan dat alleen te maken hebben met de mogelijke realisatie van een aantal woningen ten noorden van de Kasteelweide. Er bestaan absoluut geen plannen om op de Kasteelweide zelf woningen te bouwen. Zou ook uiterst merkwaardig zijn. Wat de kiosk betreft. Het bestemmingsplan biedt geen mogelijkheden om tot realisatie van een kiosk te komen. Mocht de gemeente ooit besluiten toch medewerking aan de bouw van een kiosk te geven dan vergt dat een aparte planologische procedure. Wel is al ooit nagedacht over de vraag waar als je zo’n voorziening zou willen realiseren hij het beste geplaatst kan worden. De meest geschikte locatie zou dan de zuidoost-hoek zijn.

Groet,

Ruud van Eijkeren

Behalve het gebrek aan komma’s, was er meer in dit antwoord dat ik niet geheel bevredigend vond. Dus nog diezelfde 8ste september schreef ik:

Geachte heer Van Eijkeren,

Dank voor uw reactie. Het archeologische rapport staat nu bij mij voor het raam, dus als u het wilt leren kennen, kan dat.

U lijkt niet te begrijpen waarom het gaat. Ook bouwen direct grenzend aan de Kasteelweide, met de voorgevel gericht op die weide, vormt een ernstige aantasting van het historische karakter van de Kasteelweide. Nu kan een mens dat van geen waarde achten, maar in het (recente) verleden is vanuit de gemeente (B&W) steeds volgehouden dat voor bouwen op deze percelen, grenzend aan de noordrand van de Kasteelweide GEEN concrete plannen bestaan. Als dat zo is, mag er op die percelen ook geen opgraving plaatsvinden. (Overigens is dit de verantwoordelijkheid van de burgemeesters).

De rest van uw antwoord is ook niet erg overtuigend. Ik parafraseer maar even: Er komt geen theehuis, maar voor het geval er toch een theehuis komt, treffen we alvast maar de voorbereidingen daarvoor. Hebt u ook ooit Kafka gelezen? Denkt u echt dat dit vertrouwen herstelt?

Als ik zo vrij mag zijn, wil ik u graag (en – ach hoe dom – geheel gratis en belangeloos) twee suggesties doen:

1. Pas het bestemmingsplan waarin de Kasteelweide is opgenomen zodanig aan dat bouwen op de percelen tussen Kasteelweide en Oranjeplein (anders dan met de voorgevel aan de rooilijn van het Oranjeplein) onmogelijk wordt gemaakt. Dit is een geringe aanpassing die duidelijkheid schept en als het waar is dat hier momenteel toch geen bouwplannen bestaan, kan niemand er moeite mee hebben.

2. Haal het theehuis (of de theekiosk, of hoe het ding ook mag heten) nadrukkelijk weg uit alle plannen omtrent de Kasteelweide. Ook de mogelijke voorbereidingen voor een eventueel (niet gepland en ongewenst, maar toch) theehuis.

Met vriendelijke groeten,

Lauran Toorians

Soms blijken gratis adviezen toch van waarde, want zowaar, de wethouder is er zo blij mee dat hij begint te tutoyeren. Op 17 september schrijft hij:

Lauran,

Zoals je wellicht al in de krant hebt gelezen ben ik aan je laatste verzoek tegemoet gekomen in die zin dat het theehuis uit alle door ons vanaf heden te presenteren tekeningen wordt weggehaald.

Wat het eerste betreft: Er bestaat inderdaad een archeologisch rapport voor het gebied ten noorden van de Kasteelweide. De conclusie van dat rapport is dat op de onderzochte locatie geen bezwaar bestaat tegen realisatie van woningbouw.

Groet,

Ruud

Arme archeologen van het Archeologisch Dienstencentrum. Zij hebben een archeologievrij-verklaring afgegeven, meent de wethouder (en zal ook Jan van Besouw menen). Dat was echter mijn punt niet. Dus gaan we verder, een dag later, op 18 september 2010:

Beste Ruud (als ik ineens zo familiair mag zijn),

Dank voor je antwoord, maar naar mijn gevoel communiceren we nog steeds langs elkaar heen.

Dat het theehuis vanaf nu is weggehaald uit ‘alle te presenteren tekeningen’ vind ik mooi, maar dat liet Ad de Hoon enkele weken geleden ook al weten. Het bleek toen niet te kloppen. Hoe zit het met de tekeningen die niet worden gepresenteerd? En zijn nu ook alle voorbereidingen voor een mogelijk, toekomstig, virtueel, nu nog niet genoemd (maar wel gewenst) theehuis? Je hoeft het niet leuk te vinden, maar ik vertrouw mooie woorden niet meer als al zo vaak is gebleken dat het halve waarheden zijn. Graag dus duidelijker: een krachtig en eenduidig ‘er komt hoe dan ook geen theehuis (of hoe je het ook wil gaan noemen) op de Kasteelweide, nu niet en ook in de komende honderd jaar niet’. Dat kan toch gewoon worden vastgelegd in het bestemmingsplan?

Ook op het andere punt ben ik nog niet tevreden. Om meerdere redenen. Ten eerste bestaat er wel degelijk bezwaar tegen woningbouw op de bedoelde locatie, zeker als het gaat om een massief blok woningen. Een heleboel weldenkende inwoners van Loon op Zand hebben daar allerlei bezwaren tegen. Dat er vanuit archeologisch gezichtspunt geen bezwaar bestaat, had ik je ook zo wel kunnen vertellen. Daar had ik geen proefsleuvenonderzoek voor nodig gehad. Vanuit cultuurhistorisch oogpunt zie ik wel ernstige bezwaren. Een dergelijk bouwplan vormt namelijk een zware aantasting van de ‘integriteit’ van de historische buitenplaats Loon op Zand, een rijksmonument. Nu kunnen we erover van mening verschillen hoe belangrijk dit is (dat gaf ik al eerder aan), maar het is een gegeven dat veel mensen in Loon op Zand hier bezwaar tegen hebben en er het nut en de noodzaak niet van inzien. Dat Jan van Besouw graag geld verdient, is zijn goed recht. Maar dat hoeft de gemeente (de gemeenschap) toch niet te faciliteren door erfgoed op te offeren? Dat lijkt mij voor een toeristengemeente niet erg verstandig.

Een andere reden waarom ik ontevreden ben, blijft dat dit bouwplan van Van Besouw steeds ‘onder de pet’ is gehouden en dat je voorganger Hans Waijers voortdurend heeft volgehouden dat een dergelijk bouwplan niet bestond. Mag ik hieruit concluderen – wat ik overigens al meende te weten – dat Hans Waijers een notoire leugenaar is? Deed hij dat voor niks, of goed betaald? Het lijkt me een mooie taak voor de nieuwe gemeenteraad om dat eens tot op de bodem uit te zoeken.

Er is echter nog een punt. Nu ik je mail lees, en het stukje in het Brabants Dagblad van gisteren (18 september 2010), begin ik te vermoeden dat de provincie – en, vrees ik, ook de gemeente – het verschil niet helemaal kent tussen ‘op’ en ‘aan de Kasteelweide’. In elk geval hoop ik dat de provincie zich nog even bezint en vaststelt dat ook de werkzaamheden op de Kasteelweide niet van start kunnen voordat daar een ‘goed archeologisch onderzoek’ is uitgevoerd. Bij vooronderzoek is namelijk enkele jaren geleden al vastgesteld dat zich in/onder de Kasteelweide nederzettingsresten uit de volle middeleeuwen bevinden, dus uit dezelfde periode als waarin ook het kasteel werd gebouwd. Aangezien dat een booronderzoek was, dus met een tamelijk geringe trefkans, is zo’n vaststelling veelzeggend en in potentie veelbelovend. Dat MOET reden zijn voor een proefsleuvenonderzoek voorafgaand aan het op zijn kop zetten van die weide.

Tot op heden zie ik in onze mooie gemeente uitsluitend missers en uitglijders als het gaat om het archeologiebeleid. Dat kan en moet beter en ik zal niet schromen om bij de volgende misser aangifte te doen van overtreding van de Monumentenwet.

Met een vriendelijke groet,

Lauran

Zeggen dat we het erfgoed in tact laten en beschermen, dat zou getuigen van een politieke visie op Loon op Zand (als toeristengemeente en anderszins). Daar valt een Loonse bestuurder niet op te betrappen en om dat extra duidelijk te maken, reageert de wethouder op 19 september:

Lauran,

Het bestemmingsplan staat een theehuis niet toe. Dat wil echter niet zeggen dat een dergelijke voorziening er toch niet ooit zou kunnen komen. Als de meerderheid van de raad dat in de toekomst ooit zou willen, kan ze besluiten een procedure te volgen tot het wijzigen van het bestemmingsplan. Zo is dat in Nederland geregeld. Het is niet anders.

Het college is van oordeel dat het door van Besouw ingediende woningbouwplan aanvaardbaar is en heeft op basis daarvan besloten als de initiatiefnemer echt tot realisatie wil overgaan de raad voor te stellen tot aanpassing van het bestemmingsplan over te gaan. We wachten nu op een signaal van Besouw en vervolgens is het woord aan de raad.

Wat Hans Waijers allemaal wel en niet gecommuniceerd heeft daar sta ik buiten.

Ik hoop dat ik voldoende duidelijkheid heb gegeven, ook al zal die je inhoudelijk niet helemaal tevreden stellen. Voorlopig wilde ik het hier maar even bij laten.

Groet,

Ruud van Eijkeren

En dat schoot mij in het verkeerde keelschat. Na wat hoesten en proesten schreef ik op 20 september terug:

Geachte heer van Eijkeren,

‘Voorlopig’ kan in Loon op Zand van erg korte duur zijn. Wat u schrijft, is dat er nu geen theehuis komt, maar binnenkort wel. We zijn dus weer gewoon terug bij af, met een doofstomme burgemeester en wethouders wier visie niet verder reikt dan de dag van morgen. Jammer.

Dat u meent niks te maken te hebben met wat Hans Waijers heeft gecommuniceerd, verbaast me. U bent portefeuillehouder en dus verantwoordelijk, ook voor wat in het verleden in die portefeuille werd gestopt of ermee werd gedaan. Maar ik begrijp dat u ‘gewoon’ de hele portefeuille heeft overgenomen, inclusief de kwalijke geuren die daaruit opstijgen.

Duidelijkheid hebt u inderdaad gegeven. En dat ik niet tevreden wordt gesteld, soit. Ik hoef niet zo nodig mijn zin te krijgen, maar ik wil als burger door mijn bestuurders wel fatsoenlijk worden behandeld en ik stel prijs op een integer bestuur. Ik meen dat het daaraan in Loon op Zand nog steeds schort.

Met een inmiddels niet meer zo hoge achting,

Lauran Toorians

(geplaatst op 20 september 2010)

#

(vervolg, geplaatst op 6 november 2010:)

#

‘I think causing offense is important and beneficial to humanity. People should be offended three times a week and twice on Sundays’

(Sir John Mortimer)

‘Unthinking respect for authority is the greatest enemy of the truth.’

(Albert Einstein)

#

De volgende stukken zijn – voor wie goed zoekt – ook te vinden op de website van de gemeente Loon op Zand:

Openbare besluitenlijst Raadsvergadering van 30 september 2010

Het instemmen met het inrichtingsplan voor de Kasteelweide en het ter beschikking stellen van een aanvullend krediet van € 385.500,00.

Het plan voorziet in het beter toegankelijk maken van de Kasteelweide voor evenementen, door middel van een betere bodemstructuur en grasmat, een verstevigde grasmat voor beperkt parkeren tijdens evenementen en ‘facilitypoints’ met aansluitingen voor water, stroom en afval.

#

Uit de Conceptnotulen van de Raadsvergadering van 30 september 2010:

16. Voorstel tot instemming met het inrichtingsplan Kasteelweide

– De heer Brekelmans (Lijst Loon op Zand) merkt op dat sinds 2002 de Kasteelweide vele malen is langsgekomen, waarbij zijn fractie regelmatig tegen de wethouder heeft gezegd het hek maar weg te halen zodat de inwoners in ieder geval vast kunnen genieten van die wei. Er zijn vele plannen gemaakt. Zijn fractie is blij dat de wei straks eindelijk kan worden opengesteld. Het heeft meer dan acht jaar geduurd. Hij denkt dat de les is dat bij dergelijke projecten veel effectiever en efficiënter moet worden omgegaan met gemeenschapsgeld. Er is nog geen sprietje verzet en al 250.000 euro uitgegeven voor enkel het maken van plannen. Het voorstel is nu om 350.000 euro uit te trekken voor de inrichtingsplannen. Zijn fractie is blij met de plannen en dat de Kasteelweide terugkomt naar de inwoners, waar hij thuishoort. Voor zijn fractie had het effectiever, efficiënter en goedkoper gekund.

– De heer Van den Dries (CDA) zegt dat zijn fractie verheugd is dat nu eindelijk stappen gemaakt kunnen worden met de Kasteelweide. Het heeft lang geduurd. Hij dankt de wethouder voor het heldere, bijgevoegde kostenoverzicht, waar zijn fractie in de commissiebehandeling naar had gevraagd. Volgens zijn fractie ontbreekt er nog iets. In de adviesnota voor de herinrichting Kasteelweide van 8 november 2006 staat, citaat: ‘gelet op de financiële situatie van de gemeente Loon op Zand is bepaald om over het totale investeringsbedrag van circa 500.000 euro een taakstellende bezuiniging van 10% door te voeren. Dit houdt in dat het inrichtingsplan geschaafd zal worden.’ Dit impliceert dat de raad ervan uit kon gaan dat de inrichting van de Kasteelweide zou uitkomen op 450.000 euro. Vandaag wordt het besluit genomen dat de totaalkosten bijna 200.000 euro hoger zijn. Zijn fractie vraagt de wethouder waar de bestedingen van die extra kosten precies in gaan zitten en waarom het het college niet is gelukt de taakstelling te realiseren.

– De heer Van den Dries (VVD) zegt dat hij dezelfde vragen had als de heer Van den Dries van het CDA over de onderzoekskosten en de totale uitgaven en het eerste krediet dat is gegeven.

– De heer Van Bijsterveldt (Pro3) zegt dat al is gezegd dat het een langlopende voorgeschiedenis is. Zijn fractie is blij met het plan dat er ligt, waarin het resultaat van het draagvlakonderzoek te zien is en de burger dingen heeft kunnen aangeven. Hij denkt dat als in de toekomst vroegtijdig draagvlakonderzoek wordt gedaan, er mogelijk sneller gewerkt kan worden, minder vertraging wordt opgelopen en kosten bespaard kunnen worden in de voorbereidingen. Hij deelt die zorg met Lijst Loon op Zand. Pro3 is blij met het plan dat er nu ligt en complimenteert de wethouder ervoor. Zijn fractie kan instemmen met het voorstel mede doordat eventuele woningbouw losstaat van dit plan. Hij spreekt de hoop uit dat de gemeente er voortvarend mee aan de slag gaat. Hij vraagt aan de wethouder of er communicatie is met de heer De Pundert van het kasteel in verband met consequenties die er mogelijk zijn voor het aanleggen van een fietspad en dergelijke.

– Mevrouw Dijkstra (Gemeentebelangen) herhaalt dat haar fractie in de commissievergadering heeft gezegd blij te zijn met het plan maar dat bij de voorbereiding al hoge bedragen zijn uitgegeven. Haar fractie is blij dat nu een start kan worden gemaakt met de inrichting van de Kasteelweide en dat de ontbrekende stukken, zoals het fietspad en het theehuis, geleidelijk kunnen worden ingevuld.

– Wethouder Van Eijkeren bedankt voor de complimenten, die voor een belangrijk deel terugslaan op wat al in vorige raadsperiodes is ondernomen. In antwoord op de hogere kosten, heeft hij ook in de commissie al gezegd dat dit vooral zit in de uitermate hoge kosten die aan de voorbereiding zijn verbonden. Dat was weer een gevolg ervan dat het plan vele malen heen en weer is gegaan. Ook in de commissie heeft hij gezegd dat hier de les uit getrokken moet worden dat je, als je aan een dergelijk plan begint, in een vroegtijdig stadium de belanghebbenden bij de planvorming moet betrekken zodat bekend is waar de gevoeligheden zitten, waar de vragen liggen, wat men wil en wat men niet wil. En dan een plan maken; niet eerst een plan maken en dat voorleggen en constateren dat mensen het er niet mee eens zijn, het nog eens proberen enzovoort. Dat is gebeurd en heeft veel geld gekost en zal niet tot blijdschap van betrokkenen geleid hebben. Hij vindt dat in de toekomst vanaf het begin samen moet worden opgetrokken, zodat draagvlak wordt gecreëerd en buitenproportionele kosten worden voorkomen. Hij bevestigt richting de heer Van Bijsterveldt dat er inderdaad contact is met de heer De Pundert en benadrukt dat het niet zo is dat hij geen medewerking zou verlenen aan het realiseren van de fietsverbinding over de laan, maar dat hij alleen wil kijken wat voor hem de meest aantrekkelijke optie is. Zodra de heer De Pundert daar zicht op heeft wil hij het gesprek met de gemeente aangaan. Gezien de opstelling van de heer De Pundert heeft hij er vertrouwen in dat ze eruit zullen komen.

– De heer Van den Dries (CDA) denkt dat wethouders Broeders en wethouder Van Eijkeren eens goed met elkaar van gedachten te wisselen hoe je een project aanpakt. Hij hoort drie woorden; het kan beter, sneller en goedkoper als je van tevoren met de bewoners en alle betrokkenen aan tafel gaat zitten. Dat mag het leermoment van deze avond zijn. Inhoudelijk is hij het ermee eens dat het verschil zit in de hoge voorbereidingskosten. Hij zegt dat toen erover werd gesproken, in januari 2007, die hoge kosten van 2,5 ton al waren gemaakt en het toen ging het over de kosten voor het inrichtingsplan en de realisatie. Er zou geprobeerd worden aan het inrichtingsplan te schaven. Hij concludeert dat die taakstellende opdracht niet is opgepakt; het inrichtingsplan is niet zodanig geschaafd dat het substantiële besparingen heeft opgeleverd.

– Wethouder Van Eijkeren zegt dat de raad dat het huidige college niet kwalijk kan nemen.

– De heer Van den Dries (CDA) beaamt dat en wijst op het leermoment, dat is ook de rol van de raad: er is iets gedaan, hoe kan daarvan geleerd worden voor de toekomst. Een leermoment is dat als een taakstellende opdracht wordt gesteld, ook gezorgd moet worden dat die wordt waargemaakt en ook geborgd wordt.

– De heer Van den Dries (VVD) vraagt naar aanleiding van het betoog van de wethouder over inspraak, participatie en draagvlak. Zijn fractie heeft een aantal malen vragen gesteld in het kader van de beeldkwaliteit, niet zozeer op dit moment maar in de realisatiefase en de gebruiksfase. Er wordt een gedeelte gebruikt als parkeerterrein, evenemententerrein. Hij vraagt in welke zin en hoe er afspraken er zijn gemaakt met de evenementenhouders, met het parkeerterrein, om een blijvend groen karakter van de Kasteelweide te behouden.

– Wethouder Van Eijkeren antwoordt dat hij regelmatig met zijn collega van gedachten wisselt. Hij verzekert dat het hele college het een belangrijk uitgangspunt vindt om te proberen zoveel mogelijk aan de voorkant te gaan zitten. Dat zorgt voor draagvlak, voor betere plannen en voor kostenbeheersing. Hij zegt dat goed budgetbeheer van het college verwacht mag worden. Richting de VVD antwoordt hij dat de inrichting nu zodanig is dat de kans op ernstige beschadigingen zoals grote kale plekken, aanmerkelijk vermindert. De inrichting wordt robuuster dan op dit moment. Er worden ook speciale voorzieningen aangebracht, wat hij al in de commissie heeft uitgelegd. Hij moet het antwoord schuldig blijven op de vraag in hoeverre er precieze afspraken zijn gemaakt met degenen die er evenementen organiseren. Er moeten afspraken gemaakt worden als ze niet gemaakt zijn.

– De heer Van den Dries (VVD) merkt op dat of een ander beeld geaccepteerd moet worden. Dat is de achterliggende vraag; als er elke week een evenement is, zal welke grasmat dan ook nooit groen blijven. Hij vraagt zich af welk beeld de gemeente accepteert, welk beeld de bevolking accepteert en wat de afspraken zijn die erachter liggen.

– Wethouder Van Eijkeren geeft de heer Van den Dries gelijk; als er elke dag een evenement is en het dagen achtereen regent, dan is het zeker dat na afloop van het evenement het terrein er niet bij ligt zoals het hoort. Hij zegt dat er voorzieningen zijn getroffen waardoor de dingen waar men nu tegenaan loopt minder zijn. Hij is het ermee eens dat het heeft te maken met hoeveel tijd er wordt toegestaan. Daar moet goed naar gekeken worden, net naar als wat je acceptabel vindt. Hij zegt dat ook moet geaccepteerd worden dat het soms minder is.

– Zonder hoofdelijke stemming wordt unaniem besloten overeenkomstig het voorstel van het college van burgemeester en wethouders.

#

Tot zo ver de raadsnotulen.

Op vrijdag 29 oktober 2010 is een begin gemaakt met de herinrichting van de Kasteelweide. Het hek aan de zijde van de Ecliptica werd verwijderd en er is stevig gesnoeid.

Bij dit alles vergeten en verzwijgen alle partijen dat op de Kasteelweide nog steeds GEEN archeologisch proefsleuvenonderzoek werd verricht. Een dergelijk onderzoek is aanbevolen in Raap-Notitie 975: Kasteelweide in de kern van Loon op Zand. Gemeente Loon op Zand. Archeologisch vooronderzoek: een bureau- en inventariserend veldonderzoek (Amsterdam 2005). Dergelijke notities en de daarin vastgelegde adviezen zijn niet bedoeld om zonder commentaar terzijde te worden geschoven. Tijdens het inventariserend veldonderzoek zijn verspreid over de hele kasteelweide 22 boringen verricht met een grondboor met een diameter van 15 centimeter. Het mag duidelijk zijn dat de kans om bij een dergelijk onderzoek een tastbaar archeologisch object (een artefact) op te boren niet geweldig groot is. Elke vondst is dan ook te beschouwen als een voltreffer. Voor de helderheid maar even enkele citaten uit de ‘conclusies’ en ‘aanbevelingen’ van de genoemde notitie:

(Conclusies:) Tijdens het veldonderzoek zijn in het plangebied op verschillende plekken vuursteenmateriaal, verbrande leem en aardewerk uit de Prehistorie, Romeinse Tijd/Middeleeuwen en Late Middeleeuwen aangetroffen. De vondst van een musketkogel wijst erop dat het plangebied waarschijnlijk deel heeft uitgemaakt van het schootsveld rond het kasteel, (…).

(Aanbevelingen:) Op grond van de resultaten van het inventariserend archeologisch onderzoek wordt aanbevolen de kwaliteit (gaafheid en conservering), aard, datering, omvang en diepteligging van de archeologische resten nader vast te stellen door middel van een waarderend onderzoek in de vorm van proefsleuven. Vanwege de hoge cultuurhistorische waarde van de bomenlaan in het plangebied wordt aanbevolen deze te behouden.

Behoud van de archeologische resten bij een niet-aangepaste uitvoering van de huidige plannen is gezien de geringe diepteligging en kwetsbaarheid niet mogelijk. Een waarderend onderzoek is de vorm van proefsleuven houdt in dat door middel van proefsleuven archeologische resten worden blootgelegd en gedocumenteerd. Een dergelijk onderzoek is vrij arbeidsintensief en dient mede daarom ruim vóór de planuitvoering plaats te vinden. Afspraken omtrent archeologisch onderzoek in de vorm van proefsleuven of een opgraving dienen bij voorkeur in de bestekken te worden opgenomen. (…)

Voorafgaand aan het archeologisch proefsleuvenonderzoek dient een Programma van Eisen (PVE) te worden opgesteld waarin de precieze aard en locatie van de proefsleuven worden omschreven. (…)

Deze aanbevelingen dateren van januari 2005. Ruim vijf jaar de tijd gehad, en niets gedaan! Wel is op 27 juli 2010 de weide door een gespecialiseerd bedrijf ontdaan van ‘oud ijzer’. Het doel van dat onderzoek was om er zeker van te zijn dat er in de weide geen explosieven uit de Tweede Wereldoorlog verborgen lagen. Die werden niet gevonden, maar wel wat schroot uit diezelfde periode en ook een deel van een loopgraaf die zal zijn aangelegd bij de strijd om de bevrijding van Loon op Zand in 1944. Dat is inmiddels meer dan vijftig jaar geleden en daarmee vallen ook deze vondsten onder het archeologisch erfgoed zoals gedefinieerd in de Monumentenwet. Maar ook dat lijkt niemand te interesseren.

#

(toegevoegd op 5 december 2010:)

‘Left to themselves, things tend to go from bad to worse.’

(Murphy’s Law)

#

De werkzaamheden aan de Kasteelweide gingen onverdroten van start. Op 30 oktober schreef ik aan – onder anderen – de provinciaal archeoloog (Martin Meffert) de volgende e-mail:

Gisteren (vrijdag 29 okt.) zijn hier in Loon op Zand de werkzaamheden aan de Kasteelweide gestart. Voor de voorgeschiedenis verwijs ik graag naar mijn website.

Al in 2005 werd op deze weide door Raap een archeologisch bureau- en inventariserend vooronderzoek uitgevoerd. Zie Raap-Notitie 975.

Bij dit onderzoek werd in een aantal boringen onder meer nederzettingsmateriaal gevonden uit de periode waarin ook het kasteel werd gebouwd, naast ouder en ook jonger materiaal (voor de goede orde: de weide maakt deel uit van de Historische buitenplaats Loon op Zand en is dus een Rijksmonument). Mede op grond hiervan, en “gezien hun geringe diepteligging en kwetsbaarheid” van de sporen, werd een waarderend onderzoek in de vorm van proefsleuven aanbevolen. Een dergelijk onderzoek heeft NIET plaatsgevonden, terwijl nu dus wel de weide op de schop gaat.

Mag ik van jullie (provincie en rijk) op dit punt nog enige actie verwachten, of zal ik als dorpsgek met een linkse hobby maar meteen aangifte doen van moedwillige vernieling van archeologisch erfgoed?

Bovendien wil ik jullie aandacht vestigen op de mijns inziens kwalijke rol die Ronald van Genabeek speelt in de gemeente Loon op Zand. Hij neemt daar namens het bevoegd gezag de zaken waar op het gebied van archeologie, wat in de praktijk niet meer betekent dan het zetten van de gewenste handtekeningen. Ik ben op de hoogte van tenminste één geval waarbij Van Genabeek een uitstekend PVE voorzag van het commentaar dat het best ook wat minder kan (terwijl hij van de situatie ter plekke in het geheel niet op de hoogte is). Is het de taak van een gemeentelijk archeoloog om ‘de verstoorder’ te helpen bezuinigen, of dient hij het belang van het erfgoed?

De reactie kwam snel. Op 1 november las ik:

Beste Lauran,

‘Decentraal wat kan, Centraal wat moet.’

Dat is het moto, waar we het mee moeten doen.

De gemeente moeten het goed en rechtmatig organiseren.

Volgend jaar (2011) is het jaar dat de Wet op de Archeologische MonumentenZorg wordt geëvalueerd. De tweede kamer zal juist op deze voorbeelden moeten gaan beoordelen of het om een linkse of rechtse hobby gaat, of dat deze maatschappelijke waarde in een andere categorie mag komen te vallen.

Met Vriendelijke Groet,

Martin Meffert

Waarop ik diezelfde dag nog reageerde met: ‘Dat is gemakkelijk. De gemeente moet het doen, maar doet het niet en er is geen enkele controlerende instantie die daarbij ingrijpt. Bij de evaluatie is straks vast iedereen heel blij met gemeenten zoals Loon op Zand, dan is er veel vernield en hoeft er dus minder te worden beschermd en onderhouden. Ik neem aan dat ook jij beseft dat dit een vrijbrief is voor iedereen die aan vernielzucht lijdt. Leg jij je daarbij neer?’

Ondertussen werden door de CDA-fractie in de gemeenteraad vragen gesteld naar aanleiding van de berichtgeving op deze website. De wethouder gaf antwoord en stelde mij hiervan per e-mail op de hoogte (5 november 2010; vrijdagavond, 22.16 uur):

Geachte heer Toorians,

Uw exposé m.b.t de Kasteelweide, dat u via internet hebt verspreid, was voor het CDA aanleiding om mij tijdens de raadsvergadering van donderdag 4 november j.l. te vragen of t.b.v. van het bestemmingsplan Kasteelweide alle benodigde archeologische onderzoeken zijn uitgevoerd. Ik heb op de vraag van het CDA bevestigend geantwoord. Het CDA heeft mij verzocht u van dit antwoord op de hoogte te brengen. Bij deze voldoe ik aan dat verzoek.

Groet,

Ruud van Eijkeren

De volgende dag reageerde ik wat zuur:

Geachte heer Van Eijkeren,

Hoe plichtsgetrouw.

Zou ik het rapport van het proefsleuvenonderzoek op de Kasteelweide mogen ontvangen? U hebt er vast een pdf-bestand van. Zo lang ik dit rapport niet in handen heb, blijf ik bij mijn overtuiging dat NIET aan alle vereisten is gedaan. U (b)lijkt weliswaar te beschikken over een archeoloog die tegen betaling elke gewenste handtekening zet, maar dat is iets anders dan voldoen aan het gestelde in de Monumentenwet. Wat moet ik als burger met een overheid die zich zelf aan haar eigen wettelijke regels onttrekt?

En misschien ten overvloede: bij het onderzoek dat deze zomer werd gedaan naar explosieven op/in de Kasteelweide werden ook (andere) sporen van de Tweede Wereldoorlog aangetroffen. Onder meer een loopgraaf die waarschijnlijk dateert van de hevige strijd die bij de bevrijding van Loon op Zand rond het Kasteel werd gevoerd. Ook dergelijke vondsten vallen als archeologisch erfgoed onder de Monumentenwet (want redelijkerwijs ouder dan 50 jaar).

Overigens blijf ik mij erover verbazen dat u in deze kwestie steeds optreedt inzake de portefeuille van de burgemeester. Zit de heer Luijendijk ergens vastgebonden en met zijn mond afgeplakt in een geblindeerde kamer? Dat zou toch bijzonder zielig zijn.

Met een vriendelijke groet,

Lauran Toorians

Daar ik ook zelf niet kon geloven in een burgemeester die monddood is, deed ik nog maar eens een poging de heer Luijendijk zelf te bereiken. Op dinsdag 9 november stuurde ik deze e-mail, in de onderwerpregel voorzien van een dringende oproep om hem door de burgemeester persoonlijk te laten lezen:

Geachte heer Luijendijk,

Nu de werkzaamheden op de Kasteelweide in Loon op Zand zijn gestart, is duidelijk dat werd besloten om af te zien van het geadviseerde proefsleuvenonderzoek zoals geadviseerd in Raap-Notitie 975 (Kasteelweide in de kern van Loon op Zand), p. 16. Het besluit om een dergelijk advies niet op te volgen dient met redenen te zijn omkleed. Graag zou ik van u, als portefeuillehouder monumenten, van deze motivatie op de hoogte worden gesteld.

Met bij voorbaat mijn hartelijke dank

en een vriendelijke groet,

Lauran Toorians

Twee dagen later en na enig aandringen bij de secretaresse, kwam deze vriendelijke, maar vooral ook nietszeggende reactie:

Geachte heer Toorians,

Uw mailbericht heb ik ontvangen, zeker nu u zo nadrukkelijk mijn aandacht daarvoor vroeg. In tijd gesproken kan het wel eens even duren, alvoor ik aan mailberichten toe kan komen. Op uw vraag betreffende de werkzaamheden op de Kasteelweide, zal ik ingaan na afstemming met de mede-betrokken portefeuillehouder(s) en de ambtelijke organisatie.

Met vriendelijke groet,

Wim Luijendijk

‘In tijd gesproken,’ gaan we eerst maar door met het uitvoeren van onze wandaden alvorens ons daarop te bezinnen. Dat wekt niet meteen de indruk van goed bestuur. Terug dus bij de heer De Hoon (de ambtelijke organisatie) die eveneens op 11 november reageerde:

Geachte heer Toorians,

Naar aanleiding van uw onderstaande vraag van 9 november aan burgemeester Luijendijk bericht ik u hierbij als volgt.

Bijgevoegd treft u ter informatie aan de paragraaf ‘Archeologie en cultuurhistorie’, zoals deze is opgenomen in de toelichting van het onherroepelijke bestemmingsplan Kasteelweide van 17 februari 2009. Deze paragraaf, gebaseerd op de door u aangehaalde RAAP notitie van 2005, is tesamen met de regels voor de gemeente de archeologische en cultuurhistorische leidraad voor de werkzaamheden die thans worden uitgevoerd om tot herinrichting van de weide te komen.

De ingrepen in de bodem voor de herinrichting blijven beperkt tot het in deze paragraaf beschreven ‘normaal agrarisch gebruik’ (bewerken van de toplaag). In de voorschriften van het bestemmingsplan is deze begrensd op 50 cm minus bestaand maaiveld. Om deze reden wordt de uitvoering van het proefsleuvenonderzoek niet noodzakelijk geacht voor de weide, die na bewerking ook volledig haar groenfunctie behoudt. Voor de gronden van de geprojecteerde (woon)bebouwing op de achtererven van het Oranjeplein, die dus niet tot het gebied van de weide behoren, is conform de RAAP notitie inmiddels wel een proefsleuvenonderzoek (in opdracht van de betreffende initiatiefnemer) uitgevoerd.

Alle werkzaamheden die in het kader van het herinrichtingsplan worden uitgevoerd zijn, op basis van het planontwerp en het daarop volgende bestek, afgedekt door de Monumentenvergunning. Daarnaast zijn alle werkzaamheden getoetst aan het in het bestemmingsplan opgenomen aanlegvergunningenstelsel op basis waarvan is geconcludeerd, dat geen aanlegvergunning voor de werkzaamheden is vereist.

Momenteel vindt onderzoek plaats naar niet gesprongen explosieven (NGE onderzoek). Ook hiervoor geldt dat niet dieper dan de aangegeven 50 cm minus maaiveld wordt gegraven, met uitzondering van de situatie dat een verdacht explosief wordt waargenomen op een grotere diepte. In dat geval kan het om veiligheidsredenen nodig zijn dat het explosief met een kraan of handmatig wordt benaderd.

Ik hoop u met het bovenstaande voldoende te hebben toegelicht waarom de gemeente handelt zoals zij handelt en voorts dat ik u hiermee het vertrouwen heb gegeven dat alle werkzaamheden met de nodige zorgvuldigheid zijn voorbereid en ook worden uitgevoerd.

Tot slot bereiken mij van verschillende kanten signalen dat u de betreffende aannemers op het werk aanspreekt op hun werkzaamheden. Ik doe hierbij een vriendelijk, doch dringend beroep op u om dit niet te doen. Voor vragen kunt u zich tot mij wenden.

Met vriendelijke groet,

Ad de Hoon

Hierop ontspon zich (opnieuw) een interessante correspondentie:

13 november 2010

Beste meneer De Hoon,

Dank voor uw uitvoerige en snelle reactie.

Mag ik ook de Monumentenvergunning voor dit project zien?

U schrijft dat momenteel een NGE-onderzoek plaatsvindt. Op 27 juli j.l. nam ik al een kijkje bij een dergelijk onderzoek op de Kasteelweide. Wordt dat nu opnieuw gedaan? Bij die werkzaamheden op 27 juli werden metaalresten gevonden die werden toegeschreven aan de Tweede Wereldoorlog en ook werd op de Kasteelweide een deel van een loopgraaf blootgelegd. Zoals u weet, zegt de Monumentenwet dat bodemvondsten (en dat geldt in principe ook grondsporen, want ook dat zijn artefacten) waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij ouder zijn dan vijftig jaar dienen te worden gemeld als archeologische vondsten. Het zal u tevens bekend zijn dat de Tweede Wereldoorlog langer dan vijftig jaar geleden afliep. Nederlandse archeologen hebben sinds kort een bijzondere belangstelling voor de Tweede Wereldoorlog. Op de Reuvensdagen – het grootste jaarlijkse congres voor Nederlandse archeologie – werden er vorige week in Rotterdam speciale sessies aan gewijd.

Zijn deze vondsten die in juli werden gedaan op de Kasteelweide gemeld conform de Monumentenwet?

Uw laatste opmerking verbaast mij zeer. Het staat mij in dit land vrij om mij te richten tot wie ik maar wil.

Tot slot moet mij van het hart dat ik vandaag met verbazing heb gekeken naar het grote hek dat nu om de Kasteelweide is geplaatst. Gevoel voor drama kan de Gemeente Loon op Zand niet worden ontzegd. Eerst gaat na jaren niks doen het oude hek tegen de vlakte en wordt de weide eindelijk openbaar en amper een week later wordt er opnieuw een hek omheen gezet om te voorkomen dat onverlaten de werkzaamheden verstoren. Wees gerust: ik ben wel lastig, maar niet gewelddadig of vernielzuchtig, dus voor mij had het echt niet gehoeven.

Met een vriendelijke groet,

Lauran Toorians

15 november 2010

Geachte heer Toorians,

1. Bijgevoegd treft u de Monumentenvergunning voor de Kasteelweide aan.

2. Het NGE onderzoek dat nu wordt uitgevoerd betreft fase 2, oftewel dat deel van de weide dat vóór de bouwvakvakantie niet kon worden onderzocht vanwege de onderbegroeiing en het toen nog komende Kroakfestival. Dit onderzoek is absoluut noodzakelijk om de weide voor de aannemer die de weide moet herinrichten vrij te kunnen geven van explosieven.

3. Van archeologische vondsten is de gemeente niets gebleken en bekend. Wel dat het onderzoek van juli een drietal flinke granaten heeft opgeleverd die elders tot ontploffing moesten worden gebracht.

4. Het tijdelijke bouwhek aan de zijde van de Ecliptica is om veiligheidsredenen geplaatst en dient ervoor om voetgangers/fietsers zoveel mogelijk op afstand te houden tijdens het NGE onderzoek. Deze keuze is gemaakt in een afweging, waarbij het aanwezige voetpad aan de overzijde een doorslaggevende rol heeft gespeeld.

M.vr.gr.

Ad de Hoon

16 november 2010

Geachte heer De Hoon,

Hartelijk dank voor de antwoorden op mijn vragen en voor de Monumentenvergunning.

In die vergunning zie ik dat de Monumentencommissie heeft geadviseerd archeologisch onderzoek uit te voeren bij werkzaamheden die dieper gaan dan 0,30 meter, en dat uiteindelijk is besloten daarvan af te wijken. Dan vraag ik mij natuurlijk af of dat advies van de Monumentencommissie op dit punt was gemotiveerd (en zo ja, hoe) en of daarin bewust (en met reden) was afgeweken van de ‘bestemmingsplan-norm’ van 0,50 meter diepte. Kunt u dit toelichten? Tweede vraag is natuurlijk op grond van welke motivatie dit advies is genegeerd, of is daarbij uitsluitend het bestemmingsplan de leidraad geweest?

Dat u van de vondst van de loopgraaf bij het eerdere NGE-onderzoek (in juli) niet op de hoogte bent, verbaast mij zeer. Ik neem toch aan dat van dat onderzoek een rapport is opgemaakt en dat daarin alle (bodem)vondsten zijn beschreven. Dat is immers wat de Monumentenwet voorschrijft (zoals ik al eerder schreef: vondsten die redelijkerwijs ouder zijn dan vijftig jaar moeten bij het bevoegd gezag worden gemeld, en dienen vervolgens te worden opgenomen in een landelijk register van bodemvondsten).

Voor de duidelijkheid: Ik heb die loopgraaf niet zelf verzonnen. Hij is mij aangewezen door enkele van de mensen die in juli het NGE-onderzoek uitvoerden en die hem ook zelf benoemden als loopgraaf. Zoals valt na te lezen in het Jaarboek Straet & Vaert 1994 (‘Wij maakten het zelf mee. Herinneringen van Loonse mensen aan bezetting en bevrijding’) trommelde de bezetter eind oktober 1944 inwoners van Loon op Zand op om schuttersputten en loopgraven aan te leggen. Het zou uiteraard nuttig zijn dergelijke informatie uit de mondelinge overlevering aan te vullen met archeologisch gedocumenteerde waarnemingen. Dat is precies waarom we een Monumentenwet hebben.

Met een vriendelijke groet,

Lauran Toorians

Het begon hiermee net op wetenschap te lijken: elk antwoord roept weer nieuwe vragen op en zo komen we stukje bij beetje bij de essentie van de zaak, en misschien wel bij de waarheid. Maar ‘de ambtelijke organisatie’ lijkt daar niet bij gebaat. Zodoende wacht ik nog steeds op antwoord.

De conclusie is echter duidelijk. ‘Archeologie’ is momenteel in de Monumentenwet zo geregeld dat de verantwoordelijkheid hiervoor volledig bij de gemeente ligt. Die is het ‘bevoegd gezag’. Wanneer dan de gemeente de ‘verstoorder’ is en bovendien de werkzaamheden plaatsvinden op grond die gemeentelijk eigendom is, is de zaak snel beklonken: de gemeente verleent zichzelf de benodigde vergunningen, verklaart dat niemand anders belanghebbend is en heet zo altijd het gelijk aan haar zijde.  Dat archeologische vondsten in de gemeente Loon op Zand niet als zodanig worden onderkend en dus ook niet worden gemeld, lijkt regel (beleid?).

De wetgever nam nog aan dat het bevoegd gezag wordt uitgeoefend door een gekwalificeerd archeoloog met de nodige beroepseer, niet vermoedend dat er altijd wel lieden zijn te vinden die bereid zijn voor geld een handtekening te zetten, ongeacht waar onder. Gemeentes weten dat wel en gaan ook actief op zoek naar dergelijke tekenbevoegden zonder beroepseer. Volgens jaar (2011) wordt de wet op de archeologie geëvalueerd. Her en der zullen dan al de nodige slachtoffers zijn gevallen en met wat geluk wordt ook Loon op Zand dan ingebracht als interessante ‘case’. Het zou aardig zijn wanneer in dat proces niet alleen de wet wordt geëvalueerd, maar ook het gedrag van betrokken personen.

##

(toegevoegd op 12 december 2010:)

Hoe gek kan het nog worden?

Op woensdag 8 december 2010 meldt het Brabants Dagblad dat in de gemeenteraad van Loon op Zand het voorstel is geuit om te proberen het Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen voor te dragen voor de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Zoals op de website van de gemeente zelf val na te gaan, werd dit voorstel al op 17 juni 2010 naar voren gebracht. De krant is duidelijk niet meer bij de tijd. In het verslag van de vergadering van die 17e juni lezen we het volgende (‘Vragenhalfuur behorend bij de raadvergadering van 17 juni 2010’):

Schriftelijke vraag ingediend door GemeenteBelangen

Kandidaat Werelderfgoed lijst

Wat vindt het college/portefeuillehouder ervan om het Nationaal Park Loonse en Drunense duinen kandidaat te stellen op de Werelderfgoed lijst?

Het is een gegeven en een feit dat het park een uniek gebied is in Europa. Ook vanuit historisch perspectief. Tevens heeft onze gemeente met name toeristische aspiraties. Gezien het unieke van het gebied, het toeristische en economische belang, lijkt ons dit een interessante mogelijkheid om Loon op Zand op de kaart te zetten.

Beantwoording door wethouder Van Eijkeren

Voor hier een antwoord op gegeven kan worden, moet eerst gekeken worden wat het betekent om deze status te verkrijgen. Er is bijvoorbeeld ambtelijke inzet nodig. Ook de consequenties voor de omgeving moeten in beeld gebracht worden. Het college zal hier de komende tijd naar kijken en erop terugkomen. Aangezien de termijn om aan te melden reeds verstreken is, is er nog tijd tot de nieuwe ronde volgend jaar.

De heer Van den Dries (CDA) wijst erop dat, op dit moment, ook de procedure van BrabantStad culturele hoofdstad 2018 loopt. De Loonse en Drunense duinen liggen in het hart van BrabantStad. Hij vraagt of hier door het college inspanningen voor worden verricht.

Wethouder Van Eijkeren geeft aan niet veel meer te weten dan dat dit initiatief loopt.

De heer Van der Sar (GemeenteBelangen) zegt dat de commissie, die hierover gaat, in september bijeen komt. Hij vraagt de wethouder een telefoontje naar de speciale commissie te plegen.

Volgens wethouder Van Eijkeren is dit, gezien de sluitingstermijn, niet zinvol. Het vergt nadere studie om te bezien of het een en ander zinvol is. Op dit moment heeft actie richting de commissie die de voordracht moet gaan doen geen zin. Volgend jaar wellicht wel. Het een en ander vraagt veel voorbereiding. Hij zegt toe het een en ander te zullen bezien.

Werkelijk op de hoogte blijken de hier opgevoerde sprekers geen van allen te zijn, niet van wat het betekent om op de UNESCO-lijst van Werelderfgoed te staan, niet van wat het Nationaal Park nu eigenlijk is en doet, en blijkbaar ook niet van wat de provincie doet. Dat stemt niet tot vreugde. En hoe valt deze aandacht voor erfgoed te rijmen met de omgang met het eigen culturele erfgoed binnen de gemeentegrenzen, een omgang die toch niet kan worden omschreven als zorgzaam en respectvol?

Evenzeer verbazingwekkend is dat deze vraag werd gericht aan en beantwoord door wethouder Van Eijkeren. Die gaat helemaal niet over erfgoed, want dat zit als onderdeel nr 14 (Monumentenbeleid & archeologie) in de portefeuille van de burgemeester. Het is duidelijk – ook in de discussienota Sociaal-Economisch beleidsplan 2011-2015 die momenteel ter inzage ligt – dat zowel de natuurlijke en ecologische rijkdom als het culturele erfgoed binnen de gemeente uitsluitend worden gezien in termen van toerisme, en dus als melkkoe. Dat deze zaken ook een intrinsieke waarde hebben, lijkt niemand in te zien (of erger: het interesseert niemand). Misschien moet de Efteling in een nieuwe attractie iets doen met het sprookje van De kip met de Gouden Eieren. Dat zou leerzaam kunnen zijn.

#

Valentijnsdag 2011: Brand

De werkzaamheden aan de Kasteelweide zijn in volle gang. Op mijn laatste vragen kwam vanuit de gemeente geen enkele reactie. Het valt ook lastig uit te leggen, dat je als overheid de wet overtreedt. Ook de maximale werkdiepte van 50 centimeter blijkt bepaald niet heilig, maar dat zal dan wel ‘noodzakelijk’ zijn. Binnenkort wordt een grote hoeveelheid (vijfhonderd kuub?) schoon zand door de bovenlaag gemengd om die beter waterdoorlatend te maken. Weg esdek, maar ook dat zal ‘noodzakelijk’ zijn. Allemaal omdat ‘enkele grondeigenaren’ (aldus de website van de gemeente; ze heten toevallig allemaal Jan van Besouw) bouwplannen hebben op percelen die grenzen aan de Kasteelweide. Deze eigenaren worden nu alvast voor driekwart miljoen euro gemeenschapsgeld voorzien van een voortuin. Het betreffende bestemmingsplan is een van de weinige die niet via de gemeentelijke website is te raadplegen.

#

Vanmiddag brak rond half twee brand uit in een van de neerhuizen van het kasteel. Kreeg eigenaar Wim de Pundert bijna zijn zin. Hij dreigde enkele jaren geleden al ‘de hens’ erin te steken, omdat hij niet per direct alle vergunningen kreeg voor zijn plannen om het kasteel te verbouwen. Dat moest, schreeuwde hij nog, want hij heeft veel geld. Toen bleek zowaar dat de gemeente Loon op Zand ook nog ambtenaren heeft die wel een geweten en een rechte rug hebben. De aanvragen voor de vergunningen doorliepen de normale procedures.

Gelukkig is het Witte Kasteel nog steeds wit en niet zwartgeblakerd, maar De Pundert besloot – ondanks dat zijn vergunningen er nu liggen – toch maar elders te gaan wonen en stopte het kasteel vol Polen. Of daar ook een vergunning voor is afgegeven, is mij nooit duidelijk geworden. Of het verantwoord is ook niet. In elk geval verpaupert de boel zienderogen.

Nu dus brand en dat blijkt niet voor het eerst te zijn. Wat de materiële schade is, is (nog) niet bekend. Wel tenminste één Poolse bewoner die rook binnenkreeg en daarvoor ter plekke werd behandeld. Het had allemaal stukken erger gekund. Misschien een mooi moment om nog eens de vraag te stellen of dit allemaal wel verantwoord is. Wonen deze Poolse arbeiders in het Witte Kasteel te Loon op Zand veilig of wordt hier de hand gelicht met hygiëne (volksgezondheid) en brandveiligheid? Wie is daar verantwoordelijk voor?

#

#

(wordt vervolgd…)